Main content

Inhoud

Duizenden dieren ziek gemaakt voor vaccins voor de vee-industrie

Nieuws: 12 mei 2022
Dier­proeven

Om nieuwe vaccins en antilichamen te ontwikkelen voor herkauwers (schapen, geiten en koeien) zullen er duizenden dieren worden ziek gemaakt. De belangen van de commerciële veehouderij wegen daarbij zwaarder door dan het belang van de proefdieren. “Dierproeven voor de veehouderij redden geen enkel dierenleven. Ze steunen enkel de economische belangen van de veehouderij. Elk dier in de industrie eindigt na een veel te kort leven op de slachtbank, ” zegt Rowena Vanroy, Animal Rights.

Verloop experiment

Voor het experiment wordt er een immens aantal proefdieren gebruikt: 50 muizen, 50 ratten, 50 konijnen, 50 varkens, 420 geiten, 1650 schapen, 7392 runderen, 50 huishoenders. Ze krijgen ziekteverwekkers toegediend of giftige stoffen die worden uitgescheiden door bacteriën, virussen en schimmels geïnjecteerd. De dieren worden soms erg ziek. Ze krijgen koorts, luchtwegklachten, pijnlijke gewrichten of diarree.

Bijna alle dieren gedood

De meeste dieren worden tijdens het experiment gedood, omdat ze te ziek zijn of omdat ze na het experiment nog steeds besmettelijk zijn. Muizen worden gedood omdat er zo veel bloed wordt afgenomen voor het experiment dat zij het niet zouden overleven. Een klein aantal schapen en runderen wordt na afloop van het experiment teruggeplaatst in de veehouderij.

Zoönosen

Koeien, geiten en schapen hebben met name in de intensieve veehouderij te maken met een groot aantal ziektes. In sommige gevallen gaat het om zoönosen: ziektes die ook besmettelijk zijn voor de mens. Denk maar aan Q-koorts, BSE, tuberculose, brucellose, toxoplasmose, of leptospirose dat ook wel melkerskoorts genoemd wordt, omdat het met name voorkomt bij werknemers in de melkveehouderij.

Ziekteverwekkers kunnen zich in de veehouderij snel verspreiden door de grote dichtheden aan dieren, gebrek aan hygiëne, dieren die minder weerstand hebben omwille van de suboptimale omstandigheden. Het antwoord op deze problemen is niet nog meer dieren exploiteren voor dierproeven, maar stoppen met de veehouderij. “De Nederlandse overheid moet formeel stoppen met dit soort experimenten goed te keuren en in plaats daarvan inzetten op de eiwittransitie,” besluit Vanroy.