Main content

Inhoud

Een jaar vogelgriep: is de zoönose nog te stoppen?

Nieuws: 24 oktober 2022
Slacht

Foto: een 'ruiming' van 80.000 vleeskuikens in Waddinxveen waarbij Animal Rights aanwezig was.

Het is een jaar geleden dat de grootste vogelgriepepidemie uit de Europese geschiedenis oplaaide. In Nederland zijn er inmiddels zes miljoen dieren vergast. Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit weigert nog steeds in te grijpen. Animal Rights roept op om de lege stallen niet meer te vullen met nieuwe dieren.

Dieren zijn de grootste slachtoffers

Al een jaar lang houdt de vogelgriep 'de pluimveesector in zijn greep' en boeren zijn er 'kapot' van: in de berichtgeving over de huidige vogelgriepepidemie is er vooral aandacht voor de ongemakken voor de sector en de ondernemers, maar niet of nauwelijks voor het feit dat er zes miljoen individuele dieren onnodig gedood moesten worden. Al zes miljoen dieren zijn in hun stal vergast, in containers gekieperd, weggevoerd en vernietigd. Na een paar weken leegstand mag de ondernemer, die gecompenseerd wordt voor 'de schade', zijn stallen weer vullen met nieuwe dieren. Ook wilde vogels sterven massaal door besmetting. Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) en de nieuwe minister Piet Adema grijpen niet in: Animal Rights vreest dat het einde van de huidige epidemie en dus de massadoding van vogels nog lang niet in zicht is.

We doen een dringend beroep op de minister van Landbouw: stop met het vullen van 'geruimde' stallen.

Anna Krijger, campagnecoördinator

Hoe kon het zo misgaan?

Wilde (water)vogels zijn, hoewel vaak anders wordt beweerd, niet schuldig aan de huidige epidemie. Vogels die naar Nederland trekken om hier te overwinteren brachten oorspronkelijk laagpathogene vogelgriepvirussen mee. Het seizoen van besmettingen liep hierdoor doorgaans van oktober tot en met april. Nu is dat niet meer het geval: het virus is 'endemisch' geworden. Het afgelopen jaar is het vogelgriepvirus helemaal niet meer weggeweest. Besmetting van pluimvee vindt plaats via direct of indirect contact met de wilde vogels, bijvoorbeeld via uitwerpselen. Het risico bij buitenuitloop is daarom veel hoger.1

Maar de seizoengebonden besmettingen via de wilde (water)vogels verklaren het ontstaan van deze onophoudelijke epidemie dus niet. Daarvoor moeten we naar andere oorzaken kijken. Vogelgriep is, zoals de naam al aangeeft, een ziekte die voorkomt bij vogels en griepachtige verschijnselen veroorzaakt. De veroorzaker van de ziekte is een variant van het influenzavirus. Het virus wordt verdeeld in twee categorieën: hoogpathogeen en laagpathogeen. Laagpathogene vogelgriep veroorzaakt milde ziekte in de vogels, hoogpathogene varianten leiden tot ziekte en sterfte.2 Deze laatste variant veroorzaakt hevig lijden als weefselsterfte en luchtwegproblemen.

De intensieve pluimveehouderij is de belangrijkste bron van hoogpathogene vogelgriepvirussen. Hoewel vogelgriep zich normaliter alleen via water verspreidt, zitten kippen in moderne pluimveebedrijven zo dicht op elkaar dat er geen water meer voor nodig is. De kans op verspreiding groeit naarmate de dieren dichter op elkaar zitten. Nederland heeft de hoogste pluimveedichtheid van de Europese Unie. Volgens het CBS waren er vorig jaar alleen al zo'n 99,9 miljoen kippen in Nederland.

Situatie in België

Ook in België grijpt het virus om zich heen. Er is echter geen transparantie vanuit het FAVV om de cijfers mee te delen van de gedode vogels wanneer de dieren afgemaakt worden. Ook de specifieke vogelsoorten worden niet meegedeeld.

Animal Rights kan uit cijfers in de media afleiden dat er dit jaar in ons land minstens 300.000 vogels vergast en vernietigd zijn nadat hoogpathogene vogelgriep werd vastgesteld op pluimveebedrijven, bij hobbyhouders of vogelhandelaren. Dit is een onderschatting, aangezien de cijfers slechts met mondjesmaat in de media verschijnen.

Een gevaarlijke zoönose

Een milde, laagpathogene variant van het virus kan in de intensieve pluimveehouderij muteren tot een hoogpathogene variant. Bij hoogpathogene varianten is er veel virus aanwezig en is er meer kans op mutaties door de enorme aantallen dieren. Er is een risico dat er een nieuwe variant ontstaat die mensen over de hele wereld ziek kan maken: zo kan een pandemie ontstaan.1

Net als het coronavirus is de vogelgriep een 'zoönose': een ziekte die zowel dieren als mensen treft en ook tussen beide kan overspringen. De vogelgriep is het gevaarlijkst voor vogels, maar ook zoogdieren kunnen besmet raken met het virus. Zo heeft de vogelgriep zich bij vossen aangepast aan zoogdieren. Dat blijkt uit onderzoek van Wageningen Bioveterinary Research (WBVR). Het onderzoeksinstituut stelde eerder dit jaar infecties met vogelgriep vast bij drie wilde vossen in Nederland.2 Er zijn ook besmettingen van bunzingen en zeehonden bekend. Honden en katten zijn eveneens gevoelig voor vogelgriep.

Ook mensen kunnen besmet raken met varianten van het vogelgriepvirus. In principe is de kans klein en de ziekteverschijnselen zijn over het algemeen mild. Maar omdat het virus zich zo snel kan muteren, is er geen garantie dat dit zo blijft.

Het is absurd dat belangen van ondernemers zwaarder wegen dan levens van dieren en volksgezondheid.

Anna Krijger, campagnecoördinator

Luister naar de experts

De belangrijkste ingreep die een einde kan maken aan de vogelgriep is het drastisch verkleinen van de 'pluimveestapel' en het aantal pluimveebedrijven, aldus viroloog Thijs Kuiken van het Erasmus MC.1 Bovendien moeten bedrijven verder uit elkaar staan en verder verwijderd van natuurgebieden waar wilde (water)vogels verblijven, adviseert Wim van der Poel, hoogleraar virologie van Wageningen Universiteit.2 Opvallend is dat beide experts het vaccineren van pluimvee niet als fundamentele oplossing noemen. "Het zal wel helpen om het gehouden pluimvee te beschermen, maar de circulatie bij wilde vogels ben je niet zomaar kwijt. Als we hier echt iets aan willen doen, dan moeten we de samenleving veranderen", zegt Van der Poel.

De samenleving veranderen: het ministerie van LNV wil er nog niets van weten. De nieuwe minister van LNV Adema noemde de vogelgriepsituatie onlangs 'onhoudbaar'. "Het onbevredigende maar eerlijke verhaal is dat er geen simpele oplossing bestaat." Toch wijst niets erop dat hij, net zomin als zijn voorgangers Schouten en Staghouwer, de pluimvee-industrie aan banden gaat leggen. Campagnecoördinator Anna Krijger: "Minister Adema zou niet langer de oren moeten laten hangen naar de pluimvee-industrie, maar advies moeten aannemen van onafhankelijke deskundigen. Het is absurd dat belangen van ondernemers zwaarder wegen dan dierenlevens en volksgezondheid."

Wat kunnen we zelf doen?

Het is aan de minister van LNV om het vullen van 'geruimde' stallen direct te stoppen. Animal Rights, maar ook de Partij voor de Dieren, roept hier al maanden toe op. Gelukkig hoeven we dit besluit niet af te wachten om actie te ondernemen: ook als burger en consument kunnen we onze verantwoordelijkheid nemen. Kies plantaardig. Draag niet bij aan het leed dat al deze dieren wordt aangedaan in de industrie en door het vogelgriepvirus en koop geen vlees of eieren van kip, eend of kalkoen. Een einde aan de intensieve (pluim)veehouderij is de enige structurele en ethisch juiste oplossing: in de eerste plaats voor de dieren, maar ook voor de wereldwijde volksgezondheid die opnieuw nietsontziend in gevaar wordt gebracht.